De Spitfire van Réné Cook


Terug naar ‘Luchtoorlog’


Auteur: Hans Hollestelle

 

Frank Réné Malyon Cook werd op 8 september 1922 geboren in Armadale, Victoria, Australië. Hij was de zoon van John Malyon en Jeane Cook. De familie verhuisde later naar Melbourne, de hoofdstad van de deelstaat Victoria. Op 21 juni 1941 tekende Réné Cook bij de Royal Australian Air Force (RAAF). Hij werd per boot naar Europa gestuurd en gestationeerd op vliegveld RAF Drem in Schotland als piloot bij het 30e Squadron. Later werd hij overgeplaatst naar het 229e Squadron, dat vloog vanaf vliegveld RAF Coltishall in Norfolk, Engeland.

 

Spitfire Mk.IX Dutch Air Force
Deze Supermarine Spitfire Mk. IX heeft de kleuren van de Nederlandse Luchtmacht.

 

Op 29 augustus 1944 vertrok piloot Flying Officer Frank Cook van de Royal Australian Air Force (RAAF) in een Spitfire Mk. IX (MH907) van zijn thuisbasis vliegveld RAF Coltishall om met een onderdeel van het 229e Squadron van de Royal Air Force (RAF) een Ranger Patrol uit te voeren heen en weer naar het Duitse waddeneiland Borkum. Ze patrouilleerden over het hele gebied en vielen alles aan waar de vijand zich bewoog. Soms waren dat vijandelijke Duitse vliegtuigen van de Luftwaffe, maar vooral werden er doelen op de grond aangevallen. Dat konden colonnes met militaire voertuigen zijn of Duitse kazernes en depots, maar ook schepen op rivieren, kanalen en meren.

 

Vliegveld RAF Coltishall staat op de nominatie om als monument bewaard te worden.
Vliegveld RAF Coltishall staat op de nominatie om als monument bewaard te worden.

 

Op de terugweg vlogen de Spitfires in de buurt van het IJsselmeer richting het zuidwesten. Ze ontdekten een konvooi vrachtschepen dat zojuist uit de haven van Lemmer was vertrokken naar het zuiden. De piloten zagen een sleepboot die drie aken trok. Ook voeren twee Duitse Flak-schepen in de buurt die de vrachtschepen escorteerden. De piloten besloten in een duikvlucht het scheeps-konvooi te beschieten met hun boordwapens.

 

De Supermarine Spitfire was een van de beste jachtvliegtuigen uit de Tweede Wereldoorlog. De bijzondere vliegeigenschappen had het vooral te danken aan de elliptische vleugel. De snelheid dankte het toestel aan de 12-cilinder Rolls Royce Merlin motor.

 

De toen zestien jarige Wiebe Feenstra uit Lemmer was ooggetuige van wat zich afspeelde:

Dinsdag 29 augustus 1944
We waren aan het zwemmen bij het witte hekje op de dijk naar het stoomgemaal [Woudagemaal, red.] toen plotseling een paar Spitfires neerdoken op een konvooi vrachtschepen begeleid door Duitse FLAK-boten parallel aan de NOP-dijk. De jachtvliegtuigen schoten fel, maar ook de Duitse FLAK-boten [boten met Flieger Abwehr Kanonen; luchtdoelgeschut, red.] schoten als duivels terug. Eén van de Jabo’s [Jagdbomber, Duits voor jachtbommenwerpers, red.] werd helaas geraakt en kwam achter de NOP-dijk in de polder terecht.

Direct steeg een grote zwarte rookwolk op. We hebben niemand uit het vliegtuig zien springen, dus de arme piloot moet wel op slag dood zijn geweest. Als hij nu eerst maar een paar moffen heeft geraakt. Het is best mogelijk dat de vliegtuigen ook slachtoffers hebben gemaakt, want één FLAK-boot voer terug richting Lemmer.

De andere vliegtuigen vlogen nog even hoog in de lucht rond en verdwenen toen in westelijke richting. Het gebeurde allemaal zo vlug, dat we te verbouwereerd waren om uit het water te gaan om dekking te zoeken achter de dijk.

Zaterdag 25 november 1944
Vanmiddag zijn we met de roeiboot van Jilling Kingma’s vader, naar de Spitfire geweest die op 29 augustus j.l. is neergekomen achter de NOP-dijk ter hoogte van de 4 km-paal. Toen we van huis gingen was het prachtig weer. Tevens gingen we hout zoeken langs de NOP-dijk. Aangekomen op de plaats waar de Spitfire was uitgebrand zagen we dat er niet veel van waarde voor ons was achter gebleven. De Duitsers hadden de boel grondig opgeruimd.

We konden nog wel zien dat het een flinke brand moet zijn geweest. Alles wat we vonden waren een paar stukjes aluminium, een paar bruikbare stukjes plexiglas van 10 mm dik en 20 mitrailleurkogels van 20 mm. Nadat we het plexiglas en de kogels in de roeiboot hadden gelegd, gingen we langs de dijk hout zoeken. Met het bijeenvergaarde hout bedekten we de andere gevonden buit. Hierna begonnen we aan de terugtocht naar Lemmer.

(Bron: “Oorlogsherinneringen 1940-1945” van Wiebe Feenstra)

# # #

Het neergehaalde toestel was de Spitfire (MH907) van Réné Cook. Het toestel sloeg diep in de grond op Kavel  A-8, langs de Noordermeerweg in de Noordoostpolder. Het lichaam van de piloot spoelde aan en werd als Onbekende op 31 augustus 1944 begraven op de Algemene Begraafplaats in Lemmer. Na de oorlog ging een Missing Research & Enquiry Service navraag doen en kon er verband worden gelegd tussen het graf van de Onbekende en de crash van de Australische piloot Réné Cook.

 

 

In 2010 werd de supercharger van een Merlin-motor bovengeploegd op Kavel A-8 en in 2014 werden bij onderhoudswerk aan de drainage op dezelfde kavel vlak bij de ringdijk van de Noordoostpolder de gehele motor van de Spitfire van Réné Cook aangetroffen. De zwaar beschadigde motor werd geborgen en ligt nu in Emmeloord opgeslagen.

 

 

Cook, FO Frank - 229 Sqn 29aug44
Het graf van de Australische piloot bij de Britse RAF: F.R.M. Cook op de Algemene Begraafplaats Lemsterland in Lemmer, Vak C, Rij 8, Graf 219. Hij werd op 8 september 1922 geboren in Armadale, Victoria, Australië. Hij mocht slechts 21 jaar worden.

 

Bronnen:
• SGLO Verliesregister 1944 (NIMH), volgnummer T3959;
• Commonwealth War Graves Digitised Records and Archives AWM 27 (65) NAA: A705, 166/8/616;
• Oorlogsherinneringen 1940-1945 van Wiebe Feenstra;
• Zwanenburg, Gerrit J., En Toen Was Het Stil, Volume II, Den Haag: Royal Dutch Air Force;
• Krantbericht: Argus Melbourne 12 oktober 1944.

wallpapersinhq.pw
www.eduard.com
ws-clave.deviantart.com
vintageairplanes.tumblr.com
www.goodfon.su
www.businessinsider.my
wall.alphacoders.com
www.ongeland.nl
www.ar15.com

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *