Duitsers in de Noordoostpolder

Het pas gewonnen land, in mei 1940 nog niet eens droog is een bijzonder stuk poldergrond. Na de Duitse inval is het in eerste instantie nog de vraag of de Duitsers het toelaten, dat deze polder verder drooggemaakt en in cultuur gebracht wordt.

Niet geheel verrassend hebben zij interesse in dit bijzonder stukje land en de techniek waarmee dit drooggelegd wordt.

Vlak na de bezetting komen waarschijnlijk al de eerste Duitsers naar de Noordoostpolder. Dit is af te leiden uit het feit dat een zelfde bezetting naar Urk komt. Duitse militairen die een luchtpost opzetten, een Flugwache.

Later in de oorlog is de bezetter goed op de hoogte van het reilen en zeilen. Zo komt er uiteindelijk ook een grote razzia in november 1944 waarbij zo’n 4000 Duitse militairen de Noordoostpolder doorgaan op zoek naar ‘terroristen’. De Duitsers waren vrij goed op de hoogte wat er precies gebeurde, en hoe dit tot stand kwam.


Eenheden

In de Noordoostpolder waren diverse groepen Duitsers gelegerd en aanwezig. Deze zijn te verdelen in drie groepen:

1. Duitsers die gelegerd waren in de Noordoostpolder
2. Duitsers die aanwezig waren in de Noordoostpolder in verband met razzia’s
3. Duitsers die aanwezig waren in de Noordoostpolder vanwege de luchtoorlog.

Reichskommissar Seyss-Inquart liet zich na enige tijd zelfs voorstaan op het belang van de landaanwinning. Vol trots nodigde hij een groep van 20 Duitse journalisten uit om ter plaatse kennis te nemen van de prestaties. Op de foto is de groep te zien in het raadhuis van Kampen bij een maquette van de Noordoostpolder tijdens een uitleg van burgemeester H.M. Oldenhof (RIOD).

1. Gelegerde Duitsers in de Noordoostpolder


Algemeen/Onbekende eenheid

Niet alle eenheden die in de Noordoostpolder waren gelegerd zijn bekend. Zo schrijftdhr. J.H. Demmer in zijn dagboek:

Bij de centrale werkplaats hier op Ramspol stond een Lanz-Bulldog trekker, die door 2 Duitse soldaten naar Kampen gebracht zou worden. Wanneer deze heren om ± 3 uur vertrekken moeten ze voor het water wachten, omdat de pont aan de overkant is. Als ze voor het water willen afremmen, bleek deze niet te werken en reed hij pardoes het kanaal in. Door een reuze sprong, precies op tijd, konden ze hun uniform droog houden. De Lanz werd door een Cattepilar weer op het droge getrokken, hetgeen gebeurde onder grote belangstelling.

Wasserschutzpolizei

De Noordoostpolder wordt ook als doorgangsroute gebruikt, om te reizen. Zo blijkt uit hetzelfde dagboek van dhr. Demmer. Het gaat hierbij om Duitsers van de Wasserschutzpolizei (Waterpolitie) of de Kriegsmarine. Dit is af te leiden omdat ze in een convooi varen, maar helaas is verder niets bekend.

Maandag 22 Januari (1945). Het heeft weer flink gevroren. De eerste pont vaart vanwege het vele ijs pas om 9 uur over. Hierna loopt een Duits convooi de haven van Ramspol binnen en blijft hier vandaag liggen, omdat ze overdag varen op de Zuiderzee te gevaarlijk vinden. Dit convooi bestaat uit 2 ijsbrekers “De Urk” en “de Breezand” een Duits patrouille schip, 2 sleepboten, een grote passagiersboot en 5 schepen geladen met steenkool uit Duitschland. ’s Avonds tegen zonsondergang vertrekt het hele convooi in de richting Zuiderzee. Daar er veel sneeuw ligt, wordt er op Ramspol met een sneeuwploeg gewerkt. Dit gebeurt ook door verschillende boeren. Van werken komt niet veel, het ligt allemaal stil. Zelfs dorsmachines draaien niet meer. […]

Organisation Todt
Uit het schrijven van dhr. Bronke blijkt het dat ook dienstplichtigen van Duitse zijde in de Noordoostpolder aanwezig geweest. Dit is overigens niet geheel verwonderlijk als men bedenkt dat de Noordoostpolder de ‘graanschuur’ van Duitsland moest worden en het voedseltekort naarmate de oorlog vorderde toenam.

Armband van de ‘Organisation Todt’

“Na de razzia zagen wij slechts enkele malen Duitse militairen. Was soms wel angstig. Er zat in Emmeloord wel een mannetje van de Organisatie Todt, die  mede door zijn ouderdom geen vlieg kwaad deed.”

Eenheid Duitse Luchtwachtposten – Flugwache
In de Noordoostpolder waren twee Duitse Luchtwachtposten, en op één post op Urk. In de polder waren ze gelegerd op Schokland, en op de weg van Kuinre naar Emmeloord.

Luchtwachtpost Schokland

Houten verhoging van een Flugwache post
(Herkokmst: http://spurensuchesh.de/flugwachkommando/)

Over de luchtwachtpost op Schokland schrijft J.H. Demmer in zijn oorlogsdagboek het volgende:

“De piloot wordt door de politie van Ramspol en de Duitsers van Schokland, (hier liggen 4 man luchtwachtdienst) gevangen genomen en in de wagen van Boesveld naar Kampen gebracht”

In het blad ‘De Vriendenkring’ wordt hier nog verder over geschreven:

“Op voornoemden Zaterdag 8 April 1944, te omstreeks 15.15 uur, is nabij Schokland, eveneens gelegen in voornoemden Polder, ook een Amerikaansch vliegtuig (bommenwerper) neergestort. Door Duitsche militairen van Luchtpost Schokland  werden zes inzittenden van dit vliegtuig aangehouden, drie dooden werden geborgen. Een en ander vond plaats op Kavel P.2’”

In De Vriendenkring’ van 1967 is door dhr. Selles het volgende nog geschreven over deze Duitsers:

“Ten zuiden van Emmeloord was een Duitse luchtwachtpost gevestigd, die bemand was door een aantal Oostenrijkers. Deze tot Duitse dienst gedwongen mannen waren bijna even oud als het eiland. Ook verder pasten ze zich wonder goed aan bij de polder. Ze hadden een even grote hekel aan Herr Hitler als de andere polderbewoners. Een voor hun voeten neergestort vliegtuig ontdekten ze pas als de vlieger was gevlucht. Vliegtuigen trachtten vaak een noodlanding uit te stellen tot de rand van de rietzee.”

De Duitse luchtwachtpost bestond dus uit vier oudere militairen afkomstig uit Oostenrijk. Ze hadden een verbinding hadden met Kampen. Zij hadden onder meer tot taak om het Luchtruim op geallieerd vliegtuigverkeer te observeren, en door te geven. En daarnaast dus ook de omgeving, het gebied te controleren op militairen van andere mogendheden.

Kaart met daarop de aangegeven Duitse Flugwaches, luchtposten
Herkomst:  Kriegstagebüch van het Oberfeldkommandantur via dhr. T. Groenewold

Plaats                                                    Aanduiding
Urk                                                        Ha 4
Schokland                                            Ha 2
Kuinre                                                   E 24
Baarlo of Blokzijl                                 Ha7
Zwartsluis of Genemuiden                Ha15

De aanduiding Ha staat voor ‘HASE’ de posten waren onderdeel van de stelling HASE bij Harderwijk.

Voorbeeld(opent in een nieuwe tab)

2. Duitsers die aanwezig waren in verband met razzia’s

Krantenkop van ‘Het Parool’ 23 november 1957

Eenheid Duitse Kriegsmarine
De Duitse Kriegsmarine was actief aan de rand van de Noordoostpolder. Dit is af te leiden uit een krantenartikel van de Noordoostpolder:

“’s Morgens, toen men meende, dat alles veilig was, kwamen ze weer te voorschijn. Helaas rukte te Vollenhove juist de Kriegsmarine binnen, met al de gevolgen van toen. Jongens in doodsangst, de handen omhoog, moesten aanschouwen, hoe Henk werd neergeknald. Zij konden hem toen niet helpen, maar één gedacht hield hen staande en die was: eens komt onze tijd!”

Van de Wal schrijft in zijn boek ‘Veerkracht en volharding’ het volgende hier nog over:

“Op 4 augustus werd Vollenhove en omgeving opgeschrikt met een razzia. De reden van deze actie is niet bekend. Volgend diverse pioniers was het een eenmansactie van een officier in Vollenhove. Een aantal jongemannen werd opgepakt en elders tewerkgesteld.”

24ste Schiff Stamm Abteilung. 
Deze eenheid was ook in de polder aanwezig in verband met een razzia, en wel die op17 november 1944 plaats vond. Naast deze eenheid waren er op die datum meer eenheden actief.
Bijzondere aan deze eenheid was dat een 17 jarige soldaat ook betrokken was die bij de genoemde eenheid dienst deed. Hij heeft in 2017 zijn verhaal laten optekenen. Hieruit bleek hoe hij, en anderen de razzia beefden. Hieronder een citaat uit het boekje ‘Josef Schmidt’ over zijn belevenissen:

“We waren er nog maar kort, toen een inzet van de compagnie in de Noord Oost Polder volgde. De opdracht luidde om te gaan zoeken naar terroristen en onderduikers. Met de fiets zijn we via Lemmer naar de NOP gereden. In de polder hebben we onze overbodige spullen achtergelaten in een school, die door Duitse schildwachten werd bewaakt. Al snel werden we op linie gezet en hebben we daar een hele avond en nacht gezocht. Dit was een gebied langs een lang en kaarsrecht kanaal met onbegroeide zanddijken. Eindeloos leek het kanaal in het donker. Hierdoor zagen we niets. Onze uniformen waren na een paar honderd meter al drijfnat van het hoge vochtige gras waar we door heen liepen. Zo nu en dan hoorden we een wild dier wegschieten en elke keer weer schrokken we opnieuw. Steeds weer nieuwe sloten met water kwamen op ons pad, die als hinderlijke barrières door ons werden overgestoken. Omdat we geen uitrusting bij ons hadden, was het domweg er inspringen en er uitklimmen. Mijn gezicht vol met natte spinraggen. Sloot na sloot. Zelf van een onschuldige merel schrok ik. Maar het ging verder en we kwamen niets en niemand tegen. We waren volkomen verkleumd tot op het bot. Aan het einde van de nacht waren we aan het eind van ons Latijn en verlangden naar een warm bed en droge kleren. Maar dat laatste hadden we niet mee genomen. De volgende dag mochten we terug naar huis. Onze kleding hadden we gelukkig in de school wat gedroogd. Maar dit was nauwelijks gelukt. Het was er steenkoud.”

Josef Schmidt als 17-jarige in 1944.

Meer lezen: Het verhaal van Josef Schmidt

Wasserschutzpolizei
De Duitse Wasserschutzpolizei was ook betrokken bij de razzia van de 17de november 1944, en derhalve in de Noordoostpolder. Dit valt af te leiden uit het voornoemde boekje ‘Josef Schmidt’. Hierin staat over deze eenheid het volgende geschreven:

De opgepakte polderwerkers werden bij elkaar gedreven en in colonnes over de weg naar Vollenhove gebracht. Daar werden ze onder barre omstandigheden in scholen opgesloten. Vandaar ging het lopende naar Meppel waar ze in treinen werden gepropt en naar Duitsland afgevoerd. Er zijn aanwijzingen dat compagnieën van de marine uit Groningen, Steenwijk en Assen aan deze acties hebben deelgenomen. Daarnaast deden maar liefst tien kleine patrouilleboten van de Wasserschutzpolizei van het IJsselmeerkommando mee en deze ondersteunden de zoekactie vanaf het water.

SS
De SS wordt in sommige bronnen ook genoemd, als zijnde aanwezige eenheid bij de razzia. Ondermeer blijkt dit uit een artikel van de Friese Koerier van 18 juni 1968. Hierin verteld W. Lemaire zijn ervaringen waaronder:

In de nacht van 18 op 18 november 1944 rinkelde het alarmsysteem: van de randkampen uit werd via de interne poldertelefoon gewaarschuwd dat de Duitsers voet op ,,onze”bodem hadden gezet. Zij kwamen – met 2000 man SS en Grüne Polizei en doorzochten alles, ook het riet, waarin onze arbeiders waren gevlucht. Velen werden gepakt.”

Razzia, november 1944
(Tekening: Rotgans)

Deze eenheid wordt in ditzelfde verband ook beschreven door Diedert Frankema. Deze heeft op de website Spanvis.nl zijn belevenissen opgetekend. Op de website staat te lezen:

Vrijdag 17 november. In de vroege ochtenduren werden we opgeschrikt door luid schreeuwende Duitsen Germaanse SS troepen. Als eerste was kamp Ramspol aan de beurt om uitgekamd te worden door zwaar bewapende soldaten. Later kregen alle kampen een beurt. Dezelfde dag in colonne te voet afgevoerd naar Vollenhove. Hier in een school ondergebracht, waar de nacht werd doorgebracht.”

Meer lezen: Verhalen en artikelen over de razzia

3. Duitsers die aanwezig waren vanwege de luchtoorlog.

De Duitsers kwamen naast eerder genoemde punten ook de Noordoostpolder in, in verband met vliegtuigen die een noodlanding maakten in de Noordoostpolder. Zo ook de Duitse luchtwacht, of luchtpost van Urk.

“Op Zaterdag 8 April 1944, te omstreeks 14 uur, is een Amerikaansche bommenwerper brandend neergestort op Kavel M.44, alsmede enkele brokstukken van dit vliegtuig op Kavel G.69, gelegen in het Openbaar Lichaam ‘De Noord-Oostelijke-Polder’. Door Duitsche militairen van de Luchtpost Urk zijn vijf piloten behoorende vermoedelijk tot bedoelde vliegtuig aangehouden.

Titel: B-17G-20-DL 42-37950 – Dinah Might in de Noordoostpolder Gemaakt: Ong. 1944 Auteur/Collectie: Divers / Rijksdienst voor de IJsselmeerpolders.

Dat het niet alleen maar oudere militairen waren, die geallieerde vliegers lieten ontsnappen blijkt wel uit de ervaring van Dries Klumpje. Hij schrijft in zijn boek ‘In een benauwede tijd aan de zee ontrukt’ over de noodlanding van de Amerikaanse B17 bommenwerper ‘Dinah Might’ het volgende:

“In het kamp aangekomen nemen vijf bemanningsleden op één kamer hun intrek en twee in een aangrenzend vertrek. Een man uit Emmeloord vertelt hun dat zij zo snel mogelijk door de illegaliteit zullen worden afgevoerd. Daarop vertrouwend ga ik rustig verder met het leggen van een noodverband bij de gewonde, maar terwijl ik daarmee bezig ben vliegt de kamerdeur open en klinkt het: “hände hoch!”. Als ik omkijk, staar ik in de loop van een automatisch wapen, en hoor ik schreeuwen: “Hande hoch, Sie haben sich mit den Piloten unterhalten!” Ik verdedig mij door te zeggen dat ik alleen maar hulp aan een gewonde heb verleend, en dat had net zo goed een Duitser kunnen zijn. De piloten verstaan de Duitse bevelen niet, en dat maakt die mof zo kwaad dat ik het ergste begin te vrezen. Ik sta nog steeds met mijn handen omhoog en beduid de piloten hetzelfde te doen. Te beginnen bij de commandant gaan de handen dan tergend langzaam omhoog.”

Boek: In een benauwde tijd aan de zee ontrukt.

Meer lezen: Inleiding Luchtoorlog

Vertrek

Helaas is er niet veel meer dan dit bekend over de Duitsers in de Noordoostpolder. Met de komst van de geallieerde troepen trekken, voor zover wij weten, de Duitsers zicht terug. Via Lemmer proberen zij Noord-Holland te bereiken.


Bronnen:

Literatuur:
Baalen, van. C.C. (1992). Ach lieve tijd – de historie van Flevoland, de Flevolanders en de oorlog. Zwolle: Waanders

Demmer, J.H. (1944-1945). Drie maanden Noord-Oost polder. Uit het oorlogsdagboek van J.H. Demmer. Gepubliceerd in: De oale maarke. Jaargang 2007 nummer 4 – Infoblad van de Stichting Heemkunde Albergen/Harbrinkhoek

Klumpje, D. (2005). In een benauwede tijd aan de zee ontrukt. IJsselakademie

Onbekend. (2000). Oorlogsslachtoffers in de Polder. De vriendenkring – 40e jaargang nr. 1 – Lente 2000

Selles, A. (1967). Geen titel. De Vriendenkring. Nummer 3 Pagina 8, 9 en 10. Geraadpleegd in oktober 2018 URL:  http://www.schoklanddoordeeeuwenheen.nl/impressies-1942.htm

Wind, de. S. (2015). Josef Schmidt, het verhaal van een soldaat in Nederland 1944-1945. Onbekend: Sipke de Wind Pagina:39

Kranten
Terpstra, A. (1945). In memoriam Henk Bolt. De Noordoostpolder 13 juli 1945
Lemaire, Willem C. (1968). Advocaten werden metselaar en dameskappers timmerman. Friese Koerier: 18 juni 1968

Archieven/organisaties:
NIOD – KB II – 2102 – Noordoostpolder
Urk in Oorlogstijd
Bronke, B. (2006). Brief van dhr. Bronke aan Hoekstra, Pieter. 1 februari 2006
Hofman, R. (2018). Duitse soldaten op Urk. Ongepubliceerd manuscript. Urk: Stichting Urk in Oorlogstijd.

Websites:

Frankema, D. (z.j.) DE WEGVOERING EN DE TEWERKSTELLING IN DUITSLAND.Spanvis.nl geraadpleegd op 20 april 20174 URL: https://www.spanvis.com/lemmer/oorloglemmerlemsterland/straatnamenzijnookmonumenten/arbeidsdienstinduitsland/arbeidsdienstinduitsland1